Om te berekenen hoeveel schadelijke stoffen via veevoeder in dierlijke levensmiddelen terecht komen, hebben RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu) Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu  en Wageningen Food Safety Research vijf overdrachtsmodellen beschikbaar gesteld via de website www.feedfoodtransfer.nl.   

Diervoeder kan verontreinigd zijn met chemische stoffen die via het milieu of tijdens het productieproces in het diervoeder komen. Deze stoffen kunnen terecht komen in levensmiddelen van dierlijke oorsprong zoals melk, eieren en vlees. Wanneer mensen teveel van deze stoffen binnen krijgen via het voedsel kan dit schadelijk zijn voor de gezondheid.

Om gezondheidsrisico’s te bepalen  is het belangrijk om te weten hoeveel van deze stoffen vanuit het diervoeder in dierlijke producten terecht komen. Dit kan geschat worden met behulp van overdrachtsmodellen. Op de nieuwe website www.feedfoodtransfer.nl hebben het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) en Wageningen Food Safety Research (WFSR) vijf overdrachtsmodellen beschikbaar gemaakt. Overheid en  diervoederindustrie kunnen deze modellen gebruiken.

Op dit moment zijn modellen voor het berekenen van overdracht van cadmium in het varken, aflatoxine in de koe en dioxinen in het varken, de koe en de kip beschikbaar. Deze modellen zijn ontwikkeld door RIVM en WFSR in opdracht van de Nederlandse Voedsel en Warenautoriteit en het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. Op korte termijn volgen meer  modellen die door RIVM en WFSR zijn ontwikkeld. Daarnaast worden internationale partners gezocht om deze website samen verder uit te breiden.   

Met deze website voor overdrachtsmodellen willen RIVM en WFSR bijdragen aan een meer internationaal gestandaardiseerde  aanpak van het beoordelen van risico’s van stoffen in diervoeder en dierlijke producten.

bron: RIVM,  www.feedfoodtransfer.nl